Home Dagboek Eilat Gastenboek English version

Foto's:

fotoblad 53


Tijoel over de Uvda hoogvlakte, met Moti Shem-tov.



Moti is een woestijn gids, die al jarenlang als amateur archeoloog zoekt naar de overblijfselen van prehistorische bewoning van de Negev. Hij publiceert zijn vondsten o.a. op megalithic.co.uk onder de naam "motist". Heel veel Israelische bijdragen op die site zijn van hem.



Vuurstenen werktuigen, herkenbaar aan de bewerkte zijden. Waarschijnlijk zijn deze ooit gebruikt als mes of bijl.



Op de hoogvlakte komen we een kampement van het leger tegen: allemaal nieuwe rekruten die gaan leren zandhappen.



Zandduinen ten oosten van het vliegveld Uvda.



Een opgraving van woningen langs de rand van de hoogvlakte. Ooit was het hele gebied agrarisch: een groene vlakte met gerst en mais. Nu is het een en al zand. De woningen zijn nog goed herkenbaar, ook door de centrale steen waarop een balk heeft gestaan die het dak droeg.



Het luipaarden heiligdom: een gebied is helemaal vrij van stenen gemaakt, kreeg een offerplaats en een stenen rand, en er werden dieren uitgebeeld met stenen. Er zijn tekeningen van luipaarden en oryxen.



Zandribbels.



Nog een opgraving, nu een vloer waarop koren werd losgeslagen en in de kamers ernaast opgeslagen.



Het valt ons op dat heel veel bomen en struiken aan het verdrogen zijn: er is dit jaar veel minder regen gevallen dan anders.



We zetten ons kamp op bij de zandduinen.



Moti maakt een vuurtje, en al snel staat de poyke te pruttelen.



De nacht is geweldig: enorm veel sterren, zelfs de melkweg is zichtbaar. En de hele avond komen er groepen helicopters over met schijnwerpers aan, en flitsen en dreunen er explosies: de zandhazen zijn lekker aan het oefenen. Maar rond middernacht is het afgelopen en kunnen we heerlijk slapen.



De Negev is een extreme woestijn, maar lijkt bijna nergens op dat stereotype beeld van uitgestrekte zandvlaktes. Hier bij Uvda komt het echter wel dicht in de buurt: zand, zand, zand en het spoor van een eenzame wandelaar.



We rijden naar een kibbutz aan de rand van de Arava. Het uitzicht is fenomenaal.



Morgenstond, goud in de kont, want is het amper half acht als we hier aan de rand van de klif staan.



Op de weg naar huis rijden we langs Har Bereq, en in een vallei daarvan staat de meest zuidelijke nog levende Pistachio boom ter wereld. Hij voelt zich inmiddels ook niet echt lekker, want er zitten nog maar nauwelijks bladeren aan. De extreme droogte zie je echt overal. We komen deze dagen ook maar heel weinig wild tegen: slechts 2 gazelles en een paar steenbokken.



Vlakbij de boom is een bron, en circa 100 meter verderop is een heuvel met kleine grotten erin. Die grotten zijn gebruikt als begraafplaats: hier en daar kun je de botten en schedels nog zien liggen. Dit is een schedeltje van een heel jong kind, want het is nog niet dichtgegroeid. Helaas was de accu van de camera leeg, anders hadden we er betere foto's van kunnen maken.
Moti, heel erg bedankt, je hebt ons op een heel andere manier naar de omgeving leren kijken!

vorigevolgende