Home Dagboek Eilat Gastenboek English version

Foto's:

fotoblad 48


Drie keer raden? We hebben weer eens een dineetje met Raymond and Etti.
Mis, want het is 7 uur in de morgen, en zeker een uur rijden van Eilat. Raymond is al om half vijf opgestaan om voor ons "yachnun" te kopen, een Jemenitisch traditioneel gerecht voor de sabbat gemaakt van machtig zwaar deeg, tomaten, sambal en gekookte eieren. Ondanks het vroege uur smullen we ervan! We zijn onderweg naar de Dode Zee, waar we de dochter van Raymond en een neef van Etti zullen ontmoeten.


Etti's neef Eldad werkt als park opzichter bij de Israelische natuurparken organisatie INPA. Hij werkt nu bij het Enot Zukhim nature reserve, letterlijk vertaald betekent dat "bronnen van de kliffen", waar water uit het berg aquifer opborrelt uit de grond en naar de Dode Zee stroomt.


In het park komen Assaf, Raymond's dochter Ilona en hun zonen Yair en Amir erbij. Het bronwater is veel minder zout dan dat van de zee, en maakt een rijke begroeiing mogelijk van planten die tegen de zoute omstandigheden kunnen. Deze struik heeft een speciale strategie ontwikkeld door het zout meteen via zijn bladeren uit te scheiden. We proeven allemaal een blaadje, dat smaakt naar hevig gezouten sla.



Dit is de laagste en meest onvruchtbare plek op aarde, en toch groeien de bomen en het riet tot meters boven ons hoofd.



De meer dan 200 bronnen in dit gebied vormen beekjes die recht-toe-recht-aan naar de zee stromen.


In het park zijn meren aangelegd om dit water beter te gebruiken, en die meren zitten vol met vis.


Tijd om aan te modderen: we rijden zuidwaarts naar Mineral beach, voor een traditioneel modderbad. Er is geen ontkomen aan deze keer: een modderbad was een uitdrukkelijke voorwaarde van Raymond om mee te mogen!


Hoe diep kun je zakken? Nou, niet veel lager dan dit: 417 meter onder de zeespiegel. En het was dikke pret! De modder geeft een stevige peeling en maakt de huid zacht en prikkelig, en als het opdroogt begint het te breken en te rimpelen. We springen heel voorzichtig de Dode Zee in om het weer af te te wassen.


Dat duurde wel even, want het goedje plakt als de beste, maar uiteindelijk kregen we ons normale uiterlijk weer terug.


Al dat gemodder maakt hongerig, en dus openden we de koelbox om er een doe-het-zelf maaltijd van pita tonijn en pita met kaas uit te halen.


Volgende op de lijst waren de botanische tuinen van kibbutz Ein Gedi. Wauw, wat een boom....


Normaal is dit een potplantje in Holland, maar hier groeit 'ie tot meer dan 2 meter hoog!


Prachtig, diep paars onkruid. Deze plant heeft de bijnaam "wandering jew", oftewel de dolende jood, want binnen de kortste keren staat je hele tuin er vol mee, en die van de buren ook.


Een dag met een sterretje! We rijden dezelfde weg weer terug naar Eilat, maar maken een stop bij 101, een mini pret-park annex truck-stop annex gokhal zomaar ergens midden in de woestijn, die onlangs is uitgebreid met een uitstekende "cup-a-joe" koffie zaak. We zijn hier al vaak langs gekomen, en dachten iedere keer "daar moeten we eens gaan kijken", en deze keer is het er eindelijk van gekomen. Echt leuke plek om op gemak koffie te drinken en mensen te kijken. Enorm bedankt Raymond en Etti, voor het organiseren van deze trip en het afzien in de landrover met zijn smalle deuren en hoge instap.
vorigevolgende